De werkwoorden Have en Has

In dit artikel gaan we het hebben over de werkwoorden Have en Has in het engels. Als je je verder wil verdiepen in de engelse taal klik dan: leer engels online. 

De werkwoorden have en has gebruik je om te zeggen wat mensen bezitten of dragen. Ze worden ook gebruikt om te zeggen wat mensen gaan krijgen, zoals bijvoorbeeld een ziekte. Deze woorden zijn de simple present tense van het werkwoord have.

Gebruik has met he,she,it en enkelvoudige naamwoorden.

  • She has nice clothes.
  • It has been a nice day.
  • He has built a house on his own.

Gebruik have met I, you, we, they en meervoudige naamwoorden.

 

  • I have alot to say.
  • We have met our roommates today.
  • You have never seen this.
Er zijn ook enkele samentrekkingen(contractions) die vaker gebruikt worden;
  • I have = I’ve
  • you have = you’ve
  • he has = he’s
  • she has = she’s
  • it has = it’s
  • we have = we’ve
  • they have = they’ve
  • have not = haven’t
  • has not = hasn’t

Voor meer informatie kan je altijd terecht op engels leren online.

 

Lees de rest van De werkwoorden Have en Has

Dit bericht is geplaatst in Artikel Post. Bookmark de permalink.